Stikstofrijke meststoffen geven te lage C/N-verhouding in de bodem
Veel meststoffen in de industriële landbouw veroorzaken te hoge concentraties van slechts enkele voedinszouten in het bodemvocht en verarmen de bodem door geen spoorelementen in opneembare vorm mee te leveren. Zo geven zij scheve verhoudingen in het nutriëntenpakket dat de plant krijgt opgedrongen als hij vocht wil opnemen.
De hoge concentraties van slechts een aantal voedingszouten in het bodemvocht zijn terug te voeren op het gebruik van
stikstofrijke mestsoorten van externe oorsprong, met een voor het bodemleven
te lage verhouding tussen koolstof en stikstof (C/N). Het bodemleven kan die overmaat aan stikstof niet omzetten in nieuwe organische verbindingen zoals eiwitten, omdat daarvoor niet alleen
- te weinig koolstof aanwezig is maar ook
- omdat er tegelijkertijd een gebrek aan schaarse spoorelementen optreedt, zeker als er glyfosaatgebruik in het spel is. Juist de spoorelementen die als co-factor onmisbaar zijn bij de samenstelling van eiwitten en enzymen worden door glyfosaat-cocktails ingekapseld en onbruikbaar gemaakt. Al 45% van de Europese bodems bevat glyfosaat of zijn afbraakproduct AMPA (Amino Methyl Phosphonic Acid).
Een tweede consequentie van het noodlijdend bodemleven en het ontstane tekort aan complexe organische koolstofverbindingen is het verval van het
klei/humuscomplex. Dat is de organische buffer die normaal een veelheid aan nutriënten en water kan vasthouden, maar wel om onderhoud door het bodemleven vraagt. Als deze bufferfunctie gaat wegvallen, komt ook de structuur en beluchting van de bodem in gevaar en zakt de boel in elkaar. Dit creëert eerst zuurstofarme omstandigheden en dan rotting. Dat versnelt nutriëntenverliezen in de vorm van niet-eiwitgebonden stikstof (
NPN, Non Protein Nitrogen) zoals stikstof-(di)oxide, ammoniak, nitraten en nitrieten, naar andere milieucompartimenten waar eutrofiëring en vervuiling schering en inslag zijn. Een typische
verlies-verliessituatie voor producent en consument, met de toeleveringsbedrijven als lachende derde.