Home | Contact | Mijn account | RSS | |
|
Welkom bij het Netwerk Vitale Landbouw en VoedingIn Nederland is sprake van verborgen honger, dankzij industrieel geproduceerd voedselBij verborgen honger moeten we niet denken aan hoeveelheden, maar aan kwaliteit (voedzaamheid) van industrieel geproduceerd voedsel. Fast food lijkt ons een geschikte naam voor dit soort voedsel, omdat die term al in gebruik is voor de 'snelle hap' die iedereen wel kent en die schromelijk tekort schiet als het over voedzaamheid gaat. Precies om die reden kan de naam 'fast food' wat ons betreft ook heel goed worden gebruikt voor al het voedsel afkomstig van industrieel geteelde gewassen. Want het punt is dat in elk gewas dat grootschalig in monoculture wordt geteeld, doorgaans dezelfde voedzaamheidsproblemen optreden als in fast food, doordat het gewas
Chemische bemesting en voedzaamheid Dat laatste heeft grote gevolgen voor de voedzaamheid, omdat het (industrieel geteelde) gewas zonder organische (vitale) voedingsstoffen geen micronutriënten kan vormen. Het resultaat daarvan is dat stoffen gaan ontbreken zoals vitaminen, enzymen, signaalstoffen en hormonen, of magnesium, dat een sleutelrol speelt in meer dan 200 enzymatische processen. Fast food is daardoor niet voedzaam genoeg en ook niet meer volwaardig. Voor ons staat fast food dus gelijk aan een vulmiddel, een 'leeg' soort voedsel dat moeilijk tot verzadiging leidt en al snel na het eten weer een hongergevoel oproept. Hoezo te weinig micronutriënten? Tekorten aan micronutriënten in een gewas zijn dus direct terug te voeren op een beperkte vorm van chemische bemesting, zoals die in de industriële landbouw algemeen wordt toegepast. Daarbij krijgt de plant relatief grote hoeveelheden binnen van slechts een paar simpele zoutsoorten die in het bodemwater zijn opgelost. Om water te kunnen opnemen moet de plant de erin opgeloste zouten altijd op de koop toe nemen, ook als die ongewenst zijn. Op dat beperkte dieet moeten de gewassen in de industriële landbouw dan zo snel mogelijk opgroeien, zonder te kunnen beschikken over een hele rij complexe, organische nutriënten die normaal beschikbaar zouden komen als er een gezond bodemleven aanwezig zou zijn. Helaas is dat nu juist hét probleem van de industriële landbouw geworden, waar het bodemleven wordt aangetast door de chemische manier van bemesten die er gebruikelijk is. Ook drijfmest valt eronder, vanwege de ruime hoeveelheden water en opgeloste zouten die het bodemleven benadelen en een verminderde voedzaamheid van de gewassen veroorzaken door dezelfde tekorten aan micronutriënten te genereren. Het bodemleven delft het onderspit en onze gezondheid komt in het gedrang Zonder een vitaal bodemleven is er geen evenwicht tussen biologische (samengesteld organische) en minerale (simpele zoute) voedingsstoffen die voor plantvoeding beschikbaar zijn. Dit heeft grote gevolgen voor de volksgezondheid, want er zijn nu eenmaal voldoende micronutriënten nodig voor een goede verteerbaarheid van ons voedsel. Micronutriënten kan de plant alleen samenstellen met voedingsstoffen van organische oorsprong, die worden aangeleverd door het bodemleven. Ze bevatten organisch verpakte spoorelementen, waarvan het gebruik de plant in de regel veel minder energie kost dan het wegwerken van een teveel aan opgeloste zouten. De overmaat van slechts enkele minerale zouten opgelost in het bodemvocht zorgt bovendien voor verzuring van de bodem en voor lekverliezen naar de ondergrond, zeker wanneer die grond doorlatend is. Maar de verontreinigingen blijven toenemen! De overtollige meststoffen in het bodemwater vormen een bron van diffuse verontreinigingen, die overal vanuit de industriële landbouw weglekken. Niet alleen naar het grond- maar ook naar het oppervlaktewater waar ze voor vermesting zorgen, en voor slechte cijfers op het rapport van de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW), waarvoor de deadline nu, na ettelijke malen uitstel, op 2027 is gezet. We hebben het dan nog niet eens gehad over de nevel van bestrijdingsmiddelen die over Nederland hangt en die de grondoorzaak is van het verdwijnen van veel aerobe bodembacteriën en schimmels, van talrijke darmproblemen bij de mens en van een continue belasting van ons immuunsysteem. Ook de stoffengroep aangeduid met PFAS vormt een groot gezondheidsrisico. Landbouwgrond, de basis van ons voedsel, wordt uitgewoond terwijl ziektekosten stijgen
Wie verkoopt er precies fast food Het zijn niet alleen de geijkte fast food-ketens die fast food verkopen; de reguliere Nederlandse supermarkten kunnen er ook wat van: het blijkt dat daar 70 á 80% van het aanbod niet voedzaam genoeg is en in die zin niet verschilt van fast food. Kort en goed: juist de stofjes die nodig zijn om het verteringsproces van ons voedsel efficiënt te laten verlopen ontbreken in het leeuwendeel van onze landbouwproducten! Ook het vee dat gevoed wordt met producten uit diezelfde industriële landbouw loopt dit risico op tekorten aan micronutriënten, waardoor dat vee te maken krijgt met gebreksziekten. De relatie tussen micronutriënten in ons voedsel en het humusgehalte van de bodem De afwezigheid van micronutriënten in ons voedsel wijst op tekorten aan vrij opneembare spoorelementen in de bodem. De vrije opneembaarheid van spoorelementen voor planten hangt direct samen met de manier waarop die elementen door het bodemleven zijn ingebouwd in humus, de verzamelnaam voor een complex van organische verbindingen, samengesteld door micro-organismen in de bodem. Humus hecht zich makkelijk aan kleideeltjes en vormt zo het zg. klei/humuscomplex. Het complex maakt deel uit van het bodemvoedselweb, waarin de humus wordt geproduceerd, gedistribueerd en opgeslagen door het bodemleven. Het is belangrijk onderscheid te maken tussen opneembaarheid en beschikbaarheid van spoorelementen. De beschikbaarheid loopt sterk terug als er een bestrijdingsmiddel als glyfosaat in het spel is. Dit middel heeft chelerende eigenschappen waardoor spoorelementen zonder pardon uit roulatie worden genomen en dus onbruikbaar worden voor het bodemleven om humus te vormen. De concentraties spoorelementen die men in chemische (destructieve) analyses van de bodem vindt, zeggen daarom nog weinig over de hoeveelheden die daadwerkelijk opneembaar zijn voor planten. Biologische analyses (bv. van het bladsap) zouden voor bepaling van de opneembaarheid veel geschikter zijn. De relatie tussen waterbeschikbaarheid en het humusgehalte van de bodem Humus is een gitzwart, plastisch materiaal opgebouwd uit verstrengelde koolstofketens van variabele lengte, die enorme hoeveelheden water en nutriënten kunnen vasthouden in een colloïdale mix. De bijzondere eigenschap van deze mix is dat er ook bij langdurige droogte nog water en nutriënten worden afgegeven aan de plant en er dus ook langdurig groei mogelijk blijft tijdens perioden van uitdroging. Landbouwgronden verliezen humus zodra de organische koolstofkringloop onderbroken raakt en het bodemleven geen nieuwe humus meer kan aanleveren; dat proces is in de industriële landbouw al tientallen jaren gaande en het gaat gelijk op met lagere gehaltes aan micronutriënten in het gewas dat wordt verbouwd. Het betekent op zijn beurt dat ook het voedsel dat met zo'n gewas wordt geproduceerd, niet meer volwaardig is. Zo degradeert ons voedsel tot fast food. Dat laatste heeft echter niet één, maar twee belangrijke oorzaken. Die zijn te vinden: 1) in de landbouwproductiemethode en 2) in de voedselverwerkende industrie.
De Amerikanen noemen fast food ook wel 'junk food'. We eten er snel te veel van, omdat er geen signaalstoffen (micronutriënten!) meer in zitten die aan ons brein kunnen doorgeven op welk moment we moeten stoppen met eten. Een deel van onze darmbacteriën gaat dood, door de onnatuurlijke voedselsamenstelling en alle verontreinigingen. We krijgen te maken met zaken als coeliakie, PDS (Prikkelbare Darm Syndroom) en ballaststoffen waar het lichaam geen weg mee weet. Ballaststoffen worden, ongelukkig genoeg, langdurig opgeslagen in weefsels waar ze niet thuishoren. We groeien dus uit model, door alle ballast die er rond ons middel (man) of onze heupen (vrouw) blijft hangen. Daarmee begint het obesitasverhaal dat vooral over verdwaalde vetten en over diabetes gaat. Diabetes type 2 is een ziekte die begint met de opslag van overtollige vetten in (spier)cellen die daar niet geschikt voor zijn en die daardoor niet meer reageren op het insuline-aanbod uit het bloed. Het zijn dus de overtollige vetten die een bloedsuikerprobleem creëren. De alvleesklier (pancreas) gaat vruchteloos insuline produceren maar krijgt de bloedsuikerspiegel niet omlaag, raakt overwerkt en houdt er langzaam mee op. We krijgen dan suikerziekte. Dat probleem wordt echter niet opgelost door minder koolhydraten te eten, maar door de overmaat aan vetten en eiwitten uit ons Westers dieet te verwijderen. 'You're barking up the wrong tree', zouden de Amerikanen zeggen. Het hele verhaal eindigt met kanker. Het cardioverhaal gaat over hart- en vaatziekten en behandelt de opslag van overtollige eiwitten, die met name in onze bloedvaten blijven hangen en vervolgens ook in onze kransslagaders, met desastreuze gevolgen voor de bloedsomloop. Die zich in ons lichaam ophopende ballaststoffen blazen onze weefsels op, veroorzaken permanente ontstekingen, zetten ons immuunsysteem op scherp en vormen de basis van allerlei chronische ziekten, zeker in combinatie met residuen van bestrijdingsmiddelen die de darmbekleding aanvallen en gaten laten vallen in de darmwand. Die chronische ziekten grijpen steeds verder om zich heen en jagen de BV Nederland op hoge kosten, bovenop de miljarden die al aan fossiele brandstoffen zijn uitgegeven om dit foute voedsel te produceren. Fout op fout! Een verbetering van de voedselkwaliteit vraagt al decennia om andere landbouwdoelen. Streven naar voedzaam voedsel met voldoende micronutriënten vereist allereerst dat de lokale organische koolstofkringloop weer gesloten wordt. Dat kan gebeuren door alle organische resten terug te brengen naar de plaats waar ze geoogst werden en waar ze ook weer afgebroken kunnen worden door het bodemleven (als het daar ten minste nog vitaal genoeg voor is). Het herstel van de kringloopprocessen wordt dus gefaciliteerd door een vitaal bodemleven en vormt het begin van de ontwikkeling van een productief bodemecosysteem, niet op basis van de van elders aangevoerde hulpbronnen die de industriële landbouw er jaar in jaar uit in moet pompen om het systeem gaande te houden, maar op basis van de lokale, gesloten koolstofkringloop die de bodem intact laat en op eigen kracht (onder goed beheer) een surplus genereert.
Regeneratie van het bodemecosysteem is de sleutelfactor in voedsel- én klimaatadaptatie Een actief, circulair bodemecosysteem levert (onder de juiste condities) een bruikbaar overschot aan nutriënten (surplus) op waarmee de mens zich kan voeden. Met de tijd kan dat surplus snel groter kan worden bij een goed beheer. Het is hetzelfde surplus waar ook de permacultuur in een voedselbos naar streeft. Het vraagt echter wel om een goed begrip van die condities, want anders komt er van de toename van dat surplus niet zoveel terecht in de tijd. Een goede C/N-verhouding (12 á 15) van het teruggebrachte materiaal is een eerste eis, maar er is meer nodig. Het bodemleven moet het aangeboden materiaal ook weer kunnen afbreken naar de toestand die geschikt is om de vrijgekomen nutriënten weer in een nieuwe groeicyclus op te nemen: de hapklare brokken eiwit (peptiden) die door een plant direct kunnen worden opgenomen. Hoe meer soorten bacteriën en schimmels er echter in het bodemecosysteem gaan ontbreken, hoe moeilijker het afbraakproces het stadium van de hapklare brokken kan bereiken. Zeer belangrijk is daarom hoe er met de (nog) aanwezige microben in een bodem wordt omgesprongen. Duidelijk is dat kunstmest en bestrijdingsmiddelen daar geen positieve invloed op hebben en kerende grondbewerking ook al niet. Als dat microbiële leven zodanig is afgetakeld dat die 'hapklare brokken' niet meer binnen bereik liggen, dan stagneert de afbraak van organische resten dus en raakt de koolstofkringloop onderbroken. Als die onderbreking van de kringloop niet te lang duurt kan deze wel weer op gang gebracht worden,
Onder gunstige omstandigheden (naast lucht en water, wat koolhydraten en vanzelfsprekend organisch gebonden spoorelementen) kan het microbiële leven onmiddellijk weer actief worden, zich met voldoende organische voeding razendsnel ontwikkelen en bij de haarwortels de levende koolstofverbindingen afleveren waarmee de plant de micronutriënten vormt die nodig zijn om weerbaar te worden en als volwaardig voedsel te kunnen dienen. Dat heeft grote ruimtelijke consequenties, maar met fossiele koolstof op industriële schaal ziekmakend fast food blijven produceren is geen optie, gezien de hoge kosten die dat oplevert voor de milieu- en gezondheidszorg. VOOR VOEDZAAM VOEDSEL MOETEN WE OVERGAAN OP ORGANISCHE KRINGLOOPLANDBOUW Zo'n landbouw produceert voedsel met een hoge (micro)nutriëntdichtheid in samenwerking met het bodemleven. Zonder bodemleven kan de plant nauwelijks micronutriënten aanmaken en die zijn absoluut noodzakelijk voor een goede vertering van ons voedsel! Dat wil zeggen dat de landbouw de bescherming van het aerobe bodemleven (t.b.v. de koolstofkringloop) te allen tijde voorop moet stellen bij het uitvoeren van teeltmaatregelen. Daarom is organische kringlooplandbouw ook de aangewezen methode om de exploderende zorgkosten in Nederland te beteugelen. In 2023 betaalden we €54,8 Mjrd alleen al voor ons basiszorgpakket. De BV Nederland moet nu snel maatregelen nemen tegen het zorginfarct dat gaat ontstaan als gevolg van tal van opkomende chronische ziekten. De landbouw moet ten dienste van onze gezondheid worden gesteld, in plaats van te worden ingezet voor een exportgerichte bulkproductie die met behulp van fossiele brandstoffen grote hoeveelheden fast food produceert. Dat is contrair aan het Klimaataccoord van Parijs. Fast food is niets meer dan een vulmiddel zonder micronutriënten. Het heeft veel te veel kwalijke eigenschappen en moet worden uitgefaseerd omdat het voor onze gezondheid een tikkende tijdbom vormt. We moeten dus wegblijven uit de reguliere supermarkt die voornamelijk fast food verkoopt, en terugkeren naar de markt voor volwaardig voedsel
BERICHT AAN PREMIER DICK SCHOOF: Het gebruik van geïmporteerde stikstof en fosfaten is contraproductief bij het verbeteren van de voedselkwaliteit. Laat het produceren van volwaardig voedsel uitgangspunt zijn en los en passant het stikstof- en het klimaatprobleem op. Nederland hoeft niet de halve wereld te voeden met bulk!
Alleen met behulp van een vitaal, actief bodemleven kan de plant micronutriënten vormen. Het bodemleven kan plantaardige en dierlijke resten volledig afbreken, als die op het land worden teruggebracht zonder verontreiniging met bestrijdingsmiddelen. Dan kan met die afbraakproducten de organische koolstofkringloop gesloten worden, de kern van organische kringlooplandbouw. De organische afbraakproducten vrijgemaakt door een actief bodemleven worden door het bodemleven in een aantal stappen verder verwerkt en geschikt gemaakt, deels voor opname door de wortelharen van de plant en deels voor onderhoud van het klei/humuscomplex. Door de samenwerking met het bodemleven kan de plant de spoorelementen in de organische vorm opnemen die nodig is voor de vorming van micronutriënten zoals geur- en smaakstoffen, anti-oxidanten, enzymen, vitaminen, afweerstoffen en korte-ketenvetzuren. Die dragen alle bij aan de gezondheid van mens en dier. ZONDER ORGANISCHE KRINGLOOPLANDBOUW GEEN PRODUCTIE VAN VOLWAARDIG VOEDSEL
Het is hoog tijd voor een landbouw die weer met de natuur meewerkt, volwaardig voedsel produceert en niet meer blijft bijdragen aan verzuring, vervuiling (en uitputting) van onze landbouwgrond door stikstof en fosfaten van elders te importeren. Zo krijgt de gezondheid van mens en dier ook weer een reële kans, omdat die gezondheid afhankelijk is van micronutriënten die de plant alleen kan vormen als het bodemleven gezond is en de juiste organische ingrediënten kan afleveren bij de plant. Goede stappen in de richting van een gezonde bodem met voldoende humus zouden zijn:
Bovenstaande 5 maatregelen zouden een grote positieve impact hebben op onze maatschappij, o.a. omdat met dit pakket ook een flinke reductie van het stikstofprobleem wordt bereikt. Dat komt doordat een actief bodemleven niet alleen CO2, maar ook stikstof bindt, waarmee aminozuren en eiwitten kunnen worden gevormd. Dat levert naast gezonde mensen en een gezonde, structuurrijke bodem ook robuuste ecosystemen op, die beter bestand zijn tegen klimaatveranderingen. Zowel de stikstofreductie als de transitie naar organische kringlooplandbouw vragen om dezelfde systemische verandering, waarbij alle subsystemen die stikstof verwerken worden verlost van de extra stikstof die van elders is geïmporteerd en waardoor het optimum stikstofniveau wordt overschreden. De overmaat aan reactieve stikstof stimuleert de uitstoot van overtollige stikstof naar atmosfeer en grondwater, doet een aanslag op het bodemleven en frustreert zo de natuurlijke koolstofkringloop. Subsystemen die veel stikstof uitstoten zijn naast de intensieve landbouw ook de zware industrie, lucht-, weg- en watertransport, aardolie verwerkende industrie en intensieve veehouderij. Als we uit dit lijstje het gebruik van fossiele brandstoffen zouden kunnen schrappen, zijn we al bijna in staat de organische koolstofkringloop te sluiten en volwaardig voedsel te produceren. Tegelijkertijd kunnen we op onze sloffen voldoen aan het Klimaatverdrag van Parijs uit 2015. Het grijpt allemaal in elkaar! De organische koolstofkringloop samengevat in 4 kernzinnen (klik erop voor nadere uitleg)
De boer die voor organische kringlooplandbouw gaat, creëert de juiste omstandigheden voor een vitaal bodemleven en houdt die ook in stand, voor volgende generaties:
Wie zijn wij Wat willen wij
Een rijk en divers bodemleven is dus geen overbodige luxe voor onze voedselkwaliteit Al tientallen jaren loopt de voedzaamheid van industrieel geproduceerd voedsel achteruit, met immense gevolgen voor volksgezondheid en zorgkosten. Dat heeft te maken met een toenemend tekort aan complexe organische verbindingen in voedselgewassen, bv. enzymen, vitaminen en afweerstoffen, maar ook geur- en smaakstoffen, en zeker ook anti-oxidanten. Als we het ontstaan van die tekorten gaan onderzoeken, komen we in de bodem terecht, waar steeds minder spoorelementen beschikbaar zijn, die zowel voor planten als voor microben essentieel zijn als co-factor voor de aanmaak van enzymen en vitaminen. Het blijkt dat het ontstaan van nutriëntentekorten in voedselgewassen vaak samengaat met zowel een gebrek aan bodemleven als een gebrek aan opneembare spoorelementen. Het zou zomaar kunnen dat glyfosaatgebruik daarvoor verantwoordelijk gesteld kan worden, omdat zowel bodemleven als de beschikbaarheid van spoorelementen sterk beïnvloed worden door de werking van glyfosaat. Ook in de industriële voedselverwerking gaan nutriënten verloren, en soms veel! Het eindproduct in de reguliere supermarkt is dus niet zelden maar een schaduw van het volwaardige voedsel dat onze (over)grootouders nog kenden uit de moestuin. Ziedaar het decor voor het opduiken van 'moderne' ziektes die aan het begin van de industriële revolutie nog maar nauwelijks bekend waren. De eenvoudige oplossing voor een complex probleem: herstel het bodemvoedselwebHet gebrek aan beschikbare spoorelementen in industrieel bewerkte landbouwbodems zou dus kunnen worden teruggedrongen naarmate het bodemvoedselweb weer meer aeroob bodemleven ter beschikking krijgt om belangrijke bodemfuncties te kunnen herstellen en verbeteren, zoals
De 'skelet-functie' van het klei/humuscomplex in een gezonde bodem is net zo belangrijk als de bevoorrading van de haarwortels, omdat het zonder een goede bodem-infrastructuur niet mogelijk is zowel het fijne als het grove poriënnetwerk te handhaven dat een bodem zo hard nodig heeft:
Het hele bodemverarmingsproces zoals eerder genoemd is een optelsom van verschillende sluipende fenomenen, waarin de afbraak van het klei/humuscomplex centraal staat. Dit verarmingsproces is in de industriële landbouw nu zo ver gevorderd, dat het bij voortzetting van 'Business As Usual' op een termijn van zo'n 30 jaar volledig structuurloze gronden kan opleveren, waarop vrijwel geen landbouw meer mogelijk zal zijn in de klassieke zin van het woord. Op deze website wordt besproken hoe de verarming van de bodem in zijn werk gaat, hoe die zich voortzet in de hele voedselketen tot op ons bord en hoe dat onze gezondheid beïnvloedt. Wij gaan ook na welke maatregelen er nodig en mogelijk zijn om de bodem te herstellen en te behouden voor volgende generaties. Het klei/humuscomplex en het bodemleven bepalen samen de bodemvruchtbaarheid
Uit de beschrijving van het klei/humuscomplex heeft de oplettende lezer al afgeleid dat de afbraak van humus ook forse consequenties voor de bestaanszekerheid van het bodemleven heeft. Het ene bestaat niet zonder het andere. Als de humus uit de bouwvoor (dat is de bovenlaag van een akker waarin planten kunnen wortelen) bij omploegen opeens wordt blootgesteld aan te veel zuurstof uit de lucht, wordt de humus snel afgebroken, terwijl het zuurstofminnende (aerobe) bodemleven op zijn kop gaat en juist zuurstof te kort komt. Letterlijk de omgekeerde wereld. Tot overmaat van ramp wordt door het ploegen en passant ook de bescherming verwijderd die de begroeiing biedt tegen de impact van regen, wind en zonnestraling. Ten slotte, om het verhaal even helemaal af te maken: als er dan ook nog een kunstmestgift achteraan komt, hebben de condities voor humusontwikkeling en -behoud zeker weer voor een jaar achterstand opgelopen. Na het ploegen gaat de bodem weer inzakken (ploegen helpt dus maar even) en nu sterft er aeroob bodemleven af door te weinig zuurstof terwijl aan het oppervlak humus oxideert door plotselinge zuurstoftoevoer. De afbraak van humus is een sluipend proces waarbij kruimelstructuur en porositeit (waterbergend vermogen!) van een bodem jaar na jaar langzaam afnemen. Dit fenomeen is de eerste, minst opvallende maar landbouwkundig meest ingrijpende dynamiek van bodemdegradatie. Het resultaat van deze landbouwkundige tredmolen is dus dat de eens zo poreuze, vruchtbare bovengrond door verlies aan organische stof langzaam maar zeker verandert in een betonnen plaat, die nauwelijks nog regenwater kan opnemen en alleen nog maar met superzware trekkers kan worden opengetrokken. Het eindstadium is zuurstofloosheid, bodemerosie en vrijwel totale onvruchtbaarheid. Natuurlijk kan een gecompacteerd bodemoppervlak al moeilijk regenwater opnemen, maar achter de directe oorzaak (het gebruik van zware landbouwmachines en mesttanks) ligt nog een diepere oorzaak: het instorten van het klei/humuscomplex. Daardoor is de compactie veel ernstiger en moeilijker terug te draaien, vanwege het afstervende bodemleven en het neerslaan van koolstofketens die eerst colloïdaal waren opgelost. Het gevolg is dat de bodem veel minder water kan vasthouden omdat de colloïdale krachten zijn weggevallen. Om dezelfde reden kunnen nutriënten die stevig verankerd waren in de colloïdale mix, bij droogte nu met de fijnste deeltjes gewoon wegwaaien. De droogte- én zoutgevoeligheid nemen dus toe. Flevoland.Dit hele proces wordt nog eens versneld als er glyfosaat aanwezig is, dat eiwitten neerslaat en zich met alle gebonden nutriënten sterk hecht aan de fijnste bodemdeeltjes. Het instorten van de humusstructuur met al zijn colloïdaal gebonden water en aangehechte nutriënten erbij (organisch en anorganisch) is dus niet alleen funest voor de porositeit van de bodem (beluchting en waterberging) maar net zozeer voor bodemleven, natuurlijke bodemvruchtbaarheid, plantgezondheid, humane en dierlijke gezondheid. Daar heeft glyfosaat dus op veel plaatsen in de wereld heel veel mee te maken. 4 redenen om de bodems van Europa te redden Het rapport 'Preserving agricultural soils in the EU' stelt dat circa 45 procent van de Europese landbouwbodems te weinig organische stof bevat. Precies hetzelfde percentage, ook 45%, is van toepassing op landbouwbodems in de EU die glyfosaat bevatten en AMPA, het belangrijkste en gifstigste afbraakproduct van glyfosaat, aldus een recente studie. Toevallig, of niet? Moeilijk te zeggen, maar het geeft wel te denken. We zijn in ieder geval hard op weg het Europese landbouwpotentieel 'grondig' onderuit te halen. Dat moet en kan anders, zo zegt ook Prins Charles, en dat begint bij herstel van het bodemleven. 4 belangrijke vragen over humane en dierlijke gezondheid in relatie tot bodemleven Een verkeerde bodembehandeling heeft dus grote gevolgen voor de voedzaamheid van gewassen, en uiteindelijk voor de gezondheid van mens en dier. Wanneer niet adequaat wordt gereageerd op de toenemende bodemverarming loopt niet alleen de milieu-, maar ook de gezondheidszorg uit de hand. Dit terwijl de kosten wel op de maatschappij worden afgewenteld! Het NVLV wil daarom aan organische koolstof zijn noodzakelijke en rechtmatige plaats in de bodem teruggeven, aangezien dat veel voedsel-, bodem- en klimaat-gerelateerde problemen oplost. Verder wil het NVLV directe, korte lijnen tussen voedselproducent en consument, voor een beter zicht op de productiewijze en een eerlijker beloning van de producent. Maaltijdboxen kopen via het internet schiet dus in die zin niet zo op. Laat de kwaliteit van wat je eet niet bepalen door anderen! Kies zelf je boer of tuinder uit of nog beter: ga ook zelf de tuin in. Dan leer je elke dag wat bij, verhoog je je weerstandsvermogen en krijg je pas echt zicht op wat je eet! Zoals gezegd is bodem-organische stof heel belangrijk voor gezonde plantengroei. Voor het samenstellen van complexe organische verbindingen zoals enzymen, vitaminen, geur-, smaak- en afweerstoffen benutten planten -naast de suikers en aminozuren die ze met hun bladgroen al aanmaken- bij voorkeur organische koolstofverbindingen uit de bodem, die door het bodemleven 'op bestelling' worden aangereikt vanuit humus, een colloïdale mix van water met minerale verbindingen en organische koolstofketens van verschillende lengtes. Dat is handiger en efficiënter, omdat het de plant veel minder energie kost dan alle voedingsstoffen weer helemaal opnieuw te moeten samenstellen uit basale chemische verbindingen, zoals bv. nitraten en andere stikstofzouten die vaak in overmaat in landbouwgronden aanwezig zijn. De ingrediënten voor de humus voert het bodemleven deels aan van verder weg, via meterslange schimmeldraden. Schimmels spelen dus een belangrijke rol aan het begin van de voedselketen! Zo breiden de plantenwortels hun actieradius dus ook sterk uit en het betekent een ruimere keuze aan voedingsstoffen. Het NVLV wil daarom voldoende organische koolstof terug in de bodem: het is de grondstof voor een rijk bodemleven en de basis voor een gezonde gewasgroei die geen bestrijdingsmiddelen nodig heeft. Dat levert ook gezonde mensen en dieren op!. Een rijk bodemleven is niet los te zien van humane en dierlijke gezondheid Wanneer planten door de afwezigheid van een rijk bodemleven te weinig organische voedingsstoffen hebben kunnen opnemen, gaat hun weerstand achteruit omdat zij veel gezondheidsbevorderende stoffen missen. Dat heeft alles te maken met slechte opneembaarheid van sporenelementen die niet organisch gebonden zijn, en weinig met de elementen die chemisch kunnen worden aangetoond! Door die slechte opneembaarheid gaat de kwaliteit achteruit van het voedsel dat met die gewassen wordt gemaakt en die is niet ff te corrigeren door er achteraf nog wat E-nummers aan toe te voegen. Zonder levende humus (als buffer) is een organische koolstofkringloop ondenkbaar Als er niet een (redelijk) constante aanvoer van schoon organisch materiaal bestaat, sterft het bodemleven langzaam af. Dat proces wordt versneld als er pesticiden worden gebruikt, met vaak zeer schadelijke effecten op aerobe bodembacteriën/schimmels. De humusvorming komt daardoor uiteindelijk tot stilstand en het humusgehalte is op dat moment al sterk teruggelopen. Bij gebruik van kunstmest wordt de overgebleven humus nog sneller afgebroken, omdat het overgebleven bodemleven op zoek gaat naar de overgebleven sporenelementen (die in de kunstmest ontbreken). De bodem begint nu ook zichtbaar uit elkaar te vallen of wordt zo hard als beton, afhankelijk van korrelgrootteverdeling in de bodem. De micro-erosie is overgegaan in macro-erosie, zie foto. Dit alles betekent het einde van de organische koolstofkringloop en het begin van een dubbel domino-effect, dat aan de ene kant darm- en gebreksziekten veroorzaakt bij mens en dier en aan de andere kant weggespoelde of weggewaaide landbouwgronden oplevert, afhankelijk van natte of droge weersomstandigheden.
Het bodemleven levert ook organische voedingsstoffen direct aan de plant. Het bodemleven is er niet alleen om humus te vormen: in ruil voor een deel van de suikers en aminozuren die uit het blad worden aangevoerd, levert het bodemleven ook organische voedingsstoffen terug aan de wortels. Die voedingsstoffen vormen de basis voor allerlei enzymatische processen en afweermechanismen en maken de vorming van de zg. secundaire metabolieten mogelijk. Daarmee vergroot de plant zijn weerstand tegen ziekten en plagen en tegelijkertijd ook zijn voedzaamheid voor mens en dier. Het zijn deze stoffen die ook het verschil uitmaken tussen volwaardig voedsel en lege calorieën. Van alleen (geraffineerde) koolhydraten en vetten of oliën word je gegarandeerd dik, óf ziek (let op de verhouding omega-3/-6-vetzuren!), óf allebei*). Alleen een vitaal gewas met alle organische nutriënten in balans geeft dus gezond voedsel en heeft bovendien geen bestrijdingsmiddelen nodig, omdat er voldoende enzymen en afweerstoffen aanwezig zijn. Die kunnen op hun beurt alleen gevormd worden als er voldoende organisch gebonden sporenelementen worden aangevoerd: daar komt het bodemleven weer om de hoek kijken. Als er glyfosaat in de bodem zit wordt dat proces flink verstoord, omdat glyfosaat sporenelementen inkapselt, essentiële aminozuren verdonkeremaant en aerobe bacteriën het leven zuur maakt. Een mooie kans voor anaerobe schimmels! *) Het lichaam is erop ingesteld altijd eerst de koolhydraten te verbranden en slaat de vetten ff op voor 'later'. Een ander punt is dat je van ruim vet of olie gebruiken eerder dik wordt naarmate de verhouding tussen omega-3 en 6-vetten geen 50/50 meer is. In natuurlijke oliën zoals kokosvet is dat nog wel het geval. Daarin is in de ongeraffineerde vorm nog veel laurinezuur aanwezig (NB: Wat ook niet thuishoort in een volwaardig dieet zijn geraffineerde koolhydraten zoals kristalsuiker of wit meel). Echter als men genoeg beweging neemt en volwaardig voedsel eet kunnen veel natuurlijke koolhydraten en vetten nauwelijks kwaad, omdat men in volwaardig voedsel allerlei enzymen en andere hulpstoffen vindt die nodig zijn om het voedsel behoorlijk te kunnen verteren. Daarentegen krijgt iemand die vooral fast food eet voornamelijk de macronutriënten zoals eiwitten, koolhydraten en vetten binnen, maar geen micronutriënten omdat fast food veel te weinig hulpstoffen bevat. De vertering verloopt daardoor niet optimaal en het lichaam begint de macronutriënten als ballaststoffen op te slaan. Gevolg: obesitas. Daarbij zorgt een overmaat aan eiwitten ook nog eens voor een verzuring die het risico op kanker aanmerkelijk vergroot, zeker in combinatie met de vaak voorkomende tekorten aan organisch gebonden magnesium (chlorofyl!). Een paar pillen lossen dat probleem niet op. Zonder humus kan de bodem niet vruchtbaar en vitaal zijn en de mens ook niet. Dat heeft alles te maken met de afwezigheid van een florerend aeroob bodemleven. Onder ideale omstandigheden stelt het bodemleven een deel van de geproduceerde organische afbraakproducten direct weer ter beschikking aan de plant. Een ander deel wordt verder omgezet in levende humus met langere koolstofketens, die zich makkelijk binden aan de aanwezige kleideeltjes. Zo ontstaat een klei-humuscomplex dat forse hoeveelheden water en voedingsstoffen kan vasthouden en een tussenstation vormt tussen verterende organische resten en krachtig groeiende, vitale planten. Het fungeert dus als een buffer die continuïteit mogelijk maakt in de aan- en afvoerprocessen van organisch materiaal. Het bodemleven kan daardoor ook tijden van schaarse aanvoer overleven en de plant zonder onderbreking blijven voorzien van ingrediënten die de vorming van allerlei complexe organische afweerstoffen, enzymen en voedingsstoffen mogelijk maken. Zonder die enzymen zijn gewassen niet goed verteerbaar, is het voedsel dat daarvan wordt gemaakt niet volwaardig en blijft het lichaam dus zitten met ballaststoffen die niet afgebroken en afgevoerd kunnen worden (obesitas, darmziekten en allergieën!). Humus en bodemleven zijn de twee handen op de buik van de kringlooplandbouw! Humus in de bodem is een donkere en soms wat plakkerige organische substantie, die zich vormt uit de (nog) levende inhoud van verterende cellen van plant en dier. Dit materiaal bevat componenten die makkelijk direct weer door de haarwortels van planten kunnen worden opgenomen! Dat is dus een heel directe vorm van plantenvoeding. Humus bindt zich bij voorkeur aan kleideeltjes en vormt daarmee dan het klei-humuscomplex, dat enorme hoeveelheden water en ionen kan vasthouden. De samenstelling van humus verandert voortdurend door de vele bodemorganismen die erop inwerken en er ook fysiek deel van uitmaken. De hoeveelheid humus is direct verbonden met de vitaliteit van het bodemleven en bepaalt het potentieel van de bodem gezonde gewassen voort te brengen. Wormen, schimmels en bacteriën leveren de organische lijmstoffen die de samenhang, de luchtigheid en de sponswerking van een bodem in stand houden. Humus is dus ook de perfecte garantie tegen erosie, wel vooropgesteld dat het bodemoppervlak wordt beschermd tegen de directe effecten van zon, wind en regen, met een permanente bedekking van planten of een (liefst organische) mulchlaag die het bodemleven niet alleen beschermt maar ook van voedsel voorziet. D E -- P L A N T -- N I E T -- I N -- D E -- B R A N D, -- M A A R -- O P -- H E T -- L A N DVoor het vastleggen van meer humus in de bodem moet de natuurlijke kringloop van organische koolstof weer op gang gebracht worden (met de 'vergeten' kennis over de bodem die in het verleden allang ontwikkeld is). Daartoe moet al het (schone) organische restmateriaal plus de ontbrekende sporenelementen weer terug op het land worden gebracht en dient er weer aandacht te komen voor de rol die het bodemleven speelt als gangmaker en motor van de koolstofkringloop. Het vereist ook dat allerlei vormen van vermijdbare CO2-uitstoot worden vervangen door koolstofsequestratie (vastleggen van koolstof) in de bodem, met daarvoor geëigende (schone) methoden. Met vermijdbare CO2-uitstoot bedoelen we in dit verband die van verbranding, onnodige vergisting en oxidatie van organische materialen (ploegen!).Humus is voor de bodem als het ware een smeermiddel voor een soepel werkende koolstofkringloop; humus heeft voor het bodemleven dezelfde functie als olie voor een versnellingsbak. Zonder humus lopen de radertjes van de koolstofkringloop vast, terwijl een actieve koolstofkringloop nou juist (samen met de beschikbare sporenelementen) heel direct de kwaliteit van ons voedsel bepaalt. Met de volwaardigheid van ons voedsel als doel komen de randvoorwaarden voor het creëren van gunstige bodemcondities opeens in een heel ander licht te staan; in plaats van een efficiënte drogestofproductie als Heilige Graal (efficiënt alleen in termen van externe inputs) wordt het gehalte aan levende humus uitermate belangrijk, als sleutel tot
Onze vereniging wil de overgang naar efficiënte vormen van kringlooplandbouw realiseren met vernieuwende werkwijzen en bundeling van de krachten van haar leden. Op dit moment zijn er drie belangrijke aandachtsgebieden:
Waarom dit lijstje? Het NVLV signaleert dat de gewassen die door de moderne landbouw worden geproduceerd steeds minder voedingsstoffen blijken te bevatten. Ze zijn dus vrijwel 'leeg' als het op voedingswaarde aankomt. Ten opzichte van nog maar enkele decennia terug zijn die verliezen opgelopen tot vele tientallen procenten. Dat geldt nog eens extra voor bewerkt voedsel (fast food en verpakt voedsel uit de supermarkt), waarin de dik makende calorieën dus overblijven, evenals allerlei kunstmatige toevoegingen met E-nummers die niets met gezondheid te maken hebben en alles met economisch getinte motieven tot het verbeteren van de houdbaarheid en het 'pimpen' van smaak, geur en kleur. Die toevoegingen worden steeds belangrijker, naarmate het gebrek aan onvervalste voedingsstoffen in industrieel geproduceerde gewassen verder toeneemt. Onvermijdelijk gevolg daarvan is dat de vraag naar het gezonde voedsel van twee, drie generaties terug steeds sterker wordt. Voor de rest van ons verlanglijstje klikt u hieronder en voor onze dromen hier Kringlooplandbouw kan die broodnodige vitaliteit in de bodem herstellen door het bodemleven weer te activeren. Dat gaat het beste door de resten van de op dat land geproduceerde gewassen daar ook weer terug te brengen, onder toevoeging van eventueel ontbrekende sporenelementen (op basis van steenmeel of zeezout of met behulp van een organisch preparaat plus actieve kool en kleimineralen, ter stimulatie van het bodemleven). Ook kan het soms nodig zijn organische zuren (humine-, fulvinezuur) toe te dienen en vormen van bodemleven te enten die kunnen helpen de mineralen te ontsluiten. Dat laatste verklaart ook waarom het vaak enige jaren duurt voordat de natuurlijke bodemvruchtbaarheid weer terug komt: het bodemleven moet eerst weer op gang komen. De basisvoorwaarde bij dit alles is dat de aangevoerde plantenresten, compost, supplementen en (dierlijke) mest schoon zijn. Digestaat van vergisters en zuiveringsslib van onduidelijke herkomst komen dus niet in aanmerking zolang er kans op verontreinigingen bestaat, met industrieel afval (dioxines, petrochemische producten, zware metalen etc.), bestrijdingsmiddelen of antibiotica. Wat staat ons nu te doen voor een beter bodembeheer? Het bodemleven stimuleren.
Hoe krijgen we dat aerobe (zuurstofminnende) bodemleven weer terug? Het spreekt (bijna) vanzelf dat we eerst de voorwaarden dienen te scheppen waaronder dat bodemleven zich optimaal kan ontwikkelen en zijn werk kan gaan doen: door organische voedingsstoffen op de bodem aan te brengen. Al in de vorige eeuw is aangetoond dat de plant heel weinig kunstmest opneemt als er organische voeding voorhanden is. Het betekent dat we planten niet meer voortdurend moeten opzadelen met an-organische zouten en rottingsproducten uit drijfmest die in veel te grote hoeveelheden in de bodem worden gebracht. In plaats daarvan zullen we het bodemleven in staat moeten stellen de verterende resten van planten en mest in een passend tempo te benutten om er weer hoogwaardige plantenvoeding van te maken, die door het bodemleven gedoseerd en op afroep kan worden aangeleverd uit (humus)voorraad. Dat vraagt veel meer beluchting en een totaal andere kijk op bemesting, waarbij niet conditionerend wordt gewerkt op planten, maar faciliterend voor de ontwikkeling van het bodemleven. Wat doet een organische koolstofkringloop? Koolzuurgas (CO2) dat eenmaal in de vorm van suikers en vezels door planten werd vastgelegd komt in een organische koolstofkringloop niet meer vrij, maar keert in gebonden vorm terug OP die bodem, om weer als voedsel voor schimmels en zuurstofminnende bodembacteriën te kunnen dienen. Als we voor de verterende organische resten (plantmateriaal en mest) de juiste rijpingsprocedures en de juiste mix (met sporenelementen) toepassen, krijgt het zuurstofminnend bodemleven de ideale grondstof aangereikt met de juiste C/N-verhouding (koolstof/stikstof). Daarmee wordt per hectare steeds meer organische koolstof vastgelegd. Dat is winst, niet alleen in termen van CO2-belasting van de atmosfeer, maar ook van andere broeikasgassen zoals methaan (CH4), die vele malen schadelijker zijn dan CO2. Het mooie daarin is dus dat
Wat mankeert er eigenlijk aan industriële landbouwgrond? Lees het hier Wat zijn de drie aandachtsgebieden van het NVLV: Het NVLV spant zich in voor bewustwording en kennisontwikkeling op een drietal praktijkgerichte terreinen:
Nieuws
Actuele agenda
2 oktober 2017 - Johanna Budwig de opvolgster van Nobelprijswinnaar Otto Warburg
15 oktober 2015 - Pesticiden worden onder geen beding toegepast, alleen natuurlijke mest
31 juli 2014 - PLOS bevestigt dat intact DNA van gg-gewassen in bloedbaan van de mens komt
9 december 2013 - De regeneratie van uitgeputte, verloren gewaande eco-systemen
10 september 2013 -
Hans Bruinsma van Stichting Agrikos onderzocht de kosmische relatie tussen grondbewerkingstijdstippen en de ontwikkeling van landbouwgewassen: hij vulde de inzichten van Maria Thun op indrukwekkende wijze aan. |
|
||||||||||||||||||||||||
|
|
|